Typen kruidenrijk grasland

Home » Typen kruidenrijk grasland

Gebruikte typologie in de PPS Herkenning kruidenrijk grasland

Deze pagina beschrijft in het kort welke typen (kruidenrijk) grasland wij gaan proberen te onderscheiden met de algoritmen. Het algoritme moet in staat te zijn om aan ieder graslandperceel in Nederland één van ondergenoemde typen toe te kennen. De verantwoording van deze keuze vindt u daarna.

0.A – Raaigrasland

  • Gras: sterk glanzend groen
  • Kruiden: niet tot nauwelijks aanwezig
raaigrasland

0.B productieve voederkruiden

  • Gras: sterk glanzend groen
  • Kruiden: allerlei ingezaaide soorten als rode en witte klaver, smalle weegbree en chicorei
voederrijke-kruiden-7b-2

0.C klavergrasland

  • Gras: sterk glanzend groen
  • Kruiden: witte of rode klaver
witte-klaver-20180619_131412948

Witte klaver vaak in beweid grasland

shutterstock_700371505

Rode klaver vaak in gemaaid grasland

1 Grassenmix

  • Gras: grof mozaïek van grassen, meerdere groentinten zichtbaar doordat andere (niet glanzende grassen) hun intrede doen
  • Kruiden: beperkt aantal soorten algemene kruiden zoals kruipende boterbloem, paardenbloem, pinksterbloem en veldzuring komen in haarden voor
grassenmix

2 Dominant stadium

  • Gras: meer dan de helft is bedekt met gras dat geen sterk glanzende bladonderzijde heeft
  • Kruiden: niet/nauwelijks zichtbaar
dominant-stadium

3 Gras- kruidenmix

  • Gras: fijn mozaïek van grassen, meerdere groentinten zichtbaar doordat andere (niet glanzende grassen) talrijk aanwezig zijn
  • Kruiden: talrijk aanwezige kruiden komen redelijk gelijkmatig verdeeld over het perceel voor (niet in haarden van één soort)
gras-kruidenmix

4 Bloemrijk grasland

  • Gras: fijn mozaïek van grassen, meerdere groentinten zichtbaar doordat andere (niet glanzende grassen) talrijk aanwezig zijn, ook schijngrassen (zeggen, russen) doen hun intrede
  • Kruiden: talrijk aanwezige kruiden komen redelijk gelijkmatig verdeeld over het perceel voor (niet in haarden van één soort), het geheel maakt een zeer kleurrijke indruk
bloemrijk-grasland

5 Schraalland

  • Gras: fijn mozaïek van laagblijvende, geel- grijs- en blauwgroene schijngrassen (zeggen en russen)
  • Kruiden: talrijk aanwezige kruiden komen redelijk gelijkmatig verdeeld over het perceel voor (niet in haarden van één soort), minder uitbundige indruk dan fase 4 'Bloemrijk grasland'.
schraalland

Verantwoording typologie

Voor het vaststellen van de kruidenrijkdom worden twee hoofdcategorieën onderscheiden, omdat deze ecologisch gezien van elkaar verschillen en op basis van andere kenmerken worden herkend (van Eekeren & Visser, 2019):

  1. Extensief kruidenrijk grasland (typen 3-5) met een natuurlijke soortensamenstelling, primair gericht op behoud van gebiedseigen biodiversiteit (zoals weidevogels) en landschappelijke eigenheid, met daarnaast een functionaliteit voor de bedrijfsvoering;
  2. Productief kruidenhoudend grasland (type 0-B): ingezaaid grasland met een samengesteld soortenbestand, primair gericht op functionele agrobiodiversiteit, met daarnaast een positief effect op de biodiversiteit en het landschap

Categorie a) kan verder worden opgedeeld in 6 fasen volgens de typologie van Schippers (zie tabel). Deze fasen vormen een gradatie van intensief gebruikt (regulier) agrarisch grasland (fase 0) naar extensief gebruikt kruidenrijk grasland (fase 3) tot de schraallanden die vanwege de zeer lage opbrengst voornamelijk in natuurgebieden voorkomen (fase 5).

Tabel - Stappenplan voor kruidenrijk grasland

12VeldgidsOmslagTabel

We willen al deze verschillende fasen onderscheiden omdat:

  • De fasen onderling dusdanig veel van elkaar verschillen dat het samenvoegen van deze typen problemen op zou leveren bij het trainen van het model;
  • Het onderscheid in ecologische zin relevant is: fase 3 graslanden hebben een andere betekenis voor biodiversiteit en boer dan fase 5 of fase 0 graslanden;
  • Aan de verschillende fasen concrete beheeradviezen kunnen worden gekoppeld: bijvoorbeeld eerder maaien op percelen die in het dominante stadium verkeren (fase 2), of verschralen van graslanden die in fase 0 of 1 verkeren als het doel is om fase 3 te bereiken.

Literatuur

  • Van Eekeren, N., & Visser, T. (2019). Memo: Invulling Kruidenrijk grasland: Definitie, randvoorwaarden en borging (No. 2019-018). Louis Bolk Instituut.
  • Schippers, W., Bax, I., & Gardeniers, M. (2015). Ontwikkelen van kruidenrijk grasland.